Tegenspoed

Tegenspoed is als een harde wind. Daarmee bedoel ik niet alleen dat hij
ons weghoudt van plaatsen waar we anders misschien wel naartoe gegaan
zouden zijn. Maar hij rukt ons ook alles van het lijf, behalve de dingen die er
niet afgerukt kunnen worden, en daarna zien we onszelf zoals we echt zijn en
niet zoals we misschien graag zouden willen zijn.

p. 757

Arthur Golden, 'Dagboek van een Geisha'.

Priemgetallen

Mattia dacht dat Alice en hij zo waren, twee tweeling-
priemgetallen, alleen en verloren, vlak bij elkaar, maar niet
dicht genoeg om elkaar echt te raken.


p. 138

Mattia bedacht dat het helemaal niet leuk was om zijn
hoofd te hebben. Hij zou het graag afschroeven en inruilen
voor een ander hoofd, of voor een koektrommel, als die
maar licht en leeg was. Hij deed zijn mond open om te ant-
woorden dat je speciaal voelen de ergste kooi is die je om je
heen kunt bouwen, maar hij zei niets. Hij dacht aan die
keer dat de juf hem midden in de klas had gezet en alle an-
deren naar hem zaten te kijken alsof hij een zeldzaam dier
was, en het schoot door hem heen dat het leek alsof hij al
die jaren niet van die plek af was gekomen.

p. 172

Paolo Giordano, 'De eenzaamheid van de priemgetallen'.

Vissen

Yaakov zet de rol in een hoek en haalt een andere tevoorschijn,
die hij met tiencentimeter tegelijk uitrolt. 'Snap je, het ene tafereel
leidt naar het volgende. De Domes, de prairies, nu de Indianen Die
Buffels Jagen, dan weer het Dorp van de Doden, heel populair van-
wege de "wonderlijke manier waarop de indianen met hun doden
omgaan". Die niet zo wonderlijk is als die van de joden: je haalt
twee seconden geen adem, en voor je het weet lig je in de grond; en
niet zo wonderlijk als die van de katholieken: ze laten je wekenlang
in de rouwkamer liggen, zodat iedereen goed kan kijken en bier
kan drinken.'

p. 84

Lilian en Yaakov kijken elkaar aan en O'Brien kijkt op zijn horlo-
ge. Yaakov pakt zijn lege glas op. Hij zou het aan stukken kunnen
slaan en Lillians naam in zijn borst kerven. Hij zet het glas neer. Het
is niet nodig: haar naam staat er al.
Yaakov drukt Lillian zo hard tegen zich aan dat de vier knopen
van zijn overjas door haar trui en haar bloed en haar hemdje heen
in haar huid drukken, en ze slaat haar handen om zijn magere nek
alsof hij haar vader is.
'Zay gezunt hey,' zegt Lillian. 'Ga met God,' en ze bedoelt: 'Ga
met mijn liefde.' Ze bedoelt: 'Ga met me mee.' Ze bedoelt: 'Verlaat
me niet.' Ze bedoelt: 'Ik kan dit niet zonder jou.' Ze bedoelt: 'Laat
me niet gaan.'
Lillian helpen zal Yaakovs laatste goede daad zijn. Nadat ze is
vertrokken houdt hij op met zingen in het Royale, houdt hij op met
Reuben plagen, houdt hij op Meyer te bespotten. Reubens ver-
moeidheid is de vermoeidheid van Reuben, Meyers leugens zijn de
leugens van Meyer, de misdaden en beoordelingsfouten van de we-
reld zijn ook de zijne. Hij legt handdoeken over de rand van de bad-
kuip voor het geval er spetters zullen rondvliegen. Hij schuift zijn
zware fateuil tegen de voordeur. Hij stapt in het warme bad, alles
ligt klaar op de mat naast hem, en ditmaal is er geen Reuben om
hem eruit te vissen.

p. 94

Amy Bloom, 'Op zoek'.

Geheugensteuntje

We bezitten ons geheugen, en daardoor onszelf.
Het geheugen is belangrijker voor de eigen identiteit dan het
lichaam. Dat kan langzamerhand wegrotten en uitdrogen, het
kan zich tegen zichzelf keren en uiteindelijk verdwijnen, maar
het geheugen leeft nog voort, zelfs wanneer het lichaam niet
meer aan de wil gehoorzaamt. En daarna verdwijnt het ook, of
het gaat over op hen die achterblijven.

Riika Pulkkinen, 'De grens', p. 18-19.